Verliefd was ze en net zo’n beetje ook. Helemaal hoteldebotel was ze van hem. Na een poosje bleek dat hij ook verliefd op haar was.
So far so good, ware het niet dat hij getrouwd was en kinderen had. Ze twijfelde, vond dat het eigenlijk niet kon, een relatie met een getrouwde man. Haar hart was sterker dan haar verstand. Ze kon er niet meer tegen vechten, het was nu eenmaal zo.
Het was een mooie en spannende tijd, gestolen momenten, afspraakjes in het geheim, want de buitenwereld mocht het niet weten, nog niet in ieder geval.
De dag brak aan dat ze het niet meer konden verbergen, het was té zichtbaar geworden.
Ze kreeg van alle kanten commentaar en goed bedoelde raad, dat het niet goed was, dat ze altijd en eeuwig op de 2e plaats zou staan, nooit samen met hem kon zijn op speciale dagen. Ze kreeg zelfs verwijten, dat ze een huwelijk stuk maakte en kinderen ongelukkig. Maar ze leefde op een roze wolk, hij had haar toch beloofd bij zijn vrouw weg te gaan, met haar samen verder te gaan, zijn huwelijk stelde toch al niets meer voor, hij bleef bij haar voor de kinderen. Kortom, het bekende verhaal en betoog. Ze geloofde hem, ze kon niet anders. Immers, ze was nog steeds stapelverliefd op hem. Het zou allemaal goed komen, ze zouden samen verder door het leven gaan.
Althans, dat dacht ze en vertelde het zichzelf iedere dag weer. Het viel niet mee om de feestdagen alleen door te brengen, wachtend op een telefoontje van hem dat hij nog even langs zou komen. Maar helaas, dit jaar kon hij met geen mogelijkheid bij haar zijn, maar niet getreurd: volgend jaar was hij bij haar! Beloofde hij.
Toen kwam de dag dat ze hem groot nieuws kon vertellen, een reden te meer om bij haar te komen wonen en de scheiding in gang te zetten. Ze was zwanger en nog steeds dolgelukkig.
Ondanks alle mooie beloftes was hij niet blij, hij was zeer zeker niet van plan zijn verantwoording te nemen, laat staan zijn vrouw te verlaten.
Ze werd met een smak terug in de werkelijkheid gesmeten, daar zat ze dan, zwanger te wezen en geen man om haar te steunen. Ze werd uitgekotst door vrienden en collega’s, ze stond er alleen voor.
Daar zat ze dan, met een kind, een baan en helemaal alleen, zonder steun van wie dan ook.
Het enige wat ze nog over heeft zijn herinneringen aan een mooie tijd en een pracht van een dochter. Ze denkt nog vaak aan de goede raad van haar vrienden en familie…..had ze er maar naar geluisterd, dan was het misschien allemaal anders gelopen.